Dit is de titel van het boek van Steven Johnson
Steven Johnson (1968) is een Amerikaanse populaire wetenschapsauteur en media-theoreticus
Wellicht een boekentip? ⇓
“Er wordt ons constant verteld dat populaire cultuur gewoon hersenloos amusement is – maar, zoals Steven Johnson laat zien in Everything Bad is Good for You, maakt het ons eigenlijk intelligenter. Steven Johnson brengt een radicaal alternatief naar voren voor de eindeloze klachten over reality-tv, wegwerpfilms en gewelddadige videogames. Hij laat zien dat de massacultuur – The Simpsons, Desperate Housewives, The Apprentice, The Sopranos, Grand Theft Auto – eigenlijk geavanceerder en uitdagender is dan ooit tevoren. Wanneer we ons concentreren op wat onze geest moet doen om de complexe, meerdere lagen berichten te verwerken, wordt het duidelijk dat het ons niet dom maakt, maar ons slimmer maakt.”
Terug naar Slow Kids van Carl Honoré
Het laatste woord over een groot aantal zaken is zeker nog niet gezegd. Het verband met het gebruik van beeldschermen en bijziendheid is niet duidelijk(hoor je ook de echo uit de jaren 80?”Niet te dicht bij de tv, dat is slecht voor je ogen!”).En ook heeft de enorme toename van de videogames geen geweldsgolf onder de jeugd veroorzaakt. Er is ook onderzoek dat betwijfelt of de tv wel de ADHD veroorzaakt. Twee jaar nadat het tijdschrift Pediactrics het onderzoek wat het verband wel aantoonde publiceerde, kwam in datzelfde tijdschrift een publicatie van een nieuw onderzoek waaruit dat verband helemaal niet bleek.
ADHD is een neurologische aandoening waarmee je geboren wordt, en geen ziekte die wordt veroorzaakt door ouders die de afstandsbediening aan hun kleine kinderen geven.
Aanwijzingen dat de juiste hoeveelheid van de juiste technologie weldadig kan zijn, nemen toe. Onderzoek suggereert dat beperkt kijken naar goed gemaakte jeugdtelevisie, zeker als er een volwassene bij zit, een kind iets over de wereld kan leren en dat het lezen en schrijven er door ontwikkeld kunnen worden. Het kan aanzetten tot fantasierijk spel. Kinderen kunnen het materiaal meenemen om hun eigen avontuur te verzinnen en hun eigen verhalen te maken.
Wetenschappers beweren zelfs dat computerspelletjes een cognitieve oppepper kunnen zijn. Volgens een recent onderzoek kwamen de actiespelletjes ten goede aan het vermogen om kleine objecten in een grote gevulde ruimte op te sporen en om snel de aandacht tussen taken te wisselen. Volgens recent onderzoek in Barcelona kunnen computerspelletjes de mentale functies van patiënten met Alzheimer stimuleren. Ook de tragere, wat korter in adrenaline gedoopte spelletjes kunnen nuttig zijn.
Tegenwoordig zijn het niet meer de schiet-ze-neer-games, de onmiddellijk beloonde bloedbaden, waar de columnisten in de kranten zo nerveus van werden, die het goed doen. Het zijn de simulatie spellen die uren duren en de spelers dwingen regels te ontdekken ,aanwijzingen tegen elkaar af te wegen, problemen op te lossen, gegevens te analyseren, hypotheses op te stellen en vlug een wel overwogen oordeel te vellen.-precies het soort vaardigheden wat in de klas of op het werk van pas komt.
Wereldwijd gaat het gemiddelde IQ al tientallen jaren gestaag omhoog, een verschijnsel dat ze het Flynn effect noemen:
Waar komt dit door?
Terwijl de scores op taal en rekenvaardigheid gelijk zijn gebleven ,zijn ze bij visueel en ruimtelijk redeneren omhoog geschoten ,evenals het vermogen om vormreeksen af te maken. De wetenschappers weten niet waar het aan ligt en hun theorieën variëren van betere voeding tot kleinere gezinnen, tot grotere bekendheid met IQ testen en veranderingen in de tests zelf.
Maar volgens sommigen is het Flynn effect , dat in de geïndustrialiseerde wereld zijn toppunt lijkt te hebben bereikt ,toe te schrijven aan de extra visuele en intellectuele prikkels van de multimedia cultuur.
